1932 - kanaal en Haven

Per schip naar Schoonebeek?

We kunnen het ons misschien niet meer voorstellen, maar Schoonebeek is toch een tijdlang over het water bereikbaar geweest. Sterker nog, we hadden een haven! Als je mijmert over wat er toeristisch gezien mogelijk was geweest als dat behouden was gebleven, dan ontstaan er toch mooie beelden. Of wat te denken van de aankomst van Sinterklaas? Maar helaas, dat gaat hem niet meer worden. Dit verhaal gaat over het ontstaan en verdwijnen van een kanaal naar Schoonebeek en de haven.

Idee

Het idee om Schoonebeek ook via het water bereikbaar te maken kwam van burgemeester Norbruis. Hij lanceerde in de raadsvergadering van 27 juli 1923 een plan voor de werkverschaffing. Dat was toen en al vele jaren daarvoor een heikel thema in de gemeente. Dat zou het daarna ook nog lang blijven. Er heerste gebrek aan werk en veel armoede in Schoonebeek en omstreken. Het plan om daar wat aan te doen, was het aanleggen van een weg, de Beekweg, en een kanaal daarnaast. Dat kanaal werd een aftakking van Kanaal A, toen geheten het Oud-Schoonebeker Veenschapskanaal, en moest midden in het centrum van Schoonebeek uitkomen, naast de Nederlands Hervormde Kerk, tegenwoordig de Dorpskerk. Een opzienbarend idee! Opzien baarde het zeker, maar niet zoals Norbruis zich dat gewenst had. Eerst was er al de, steeds weer oplaaiende strijd in de gemeenteraad tussen de Oud-Schoonebekers en de Nieuw-Schoonebekers. Maar veel erger was het besluit van de gemeenteraad op 10 april 1924 om de aanleg voorlopig op te schorten. De kosten zouden bij nader inzien veel hoger worden dan geraamd. Het plan werd en is nooit meer hervat. De Beekweg kwam er wel en deze bestaat tot op heden. Zowel de oude weg als een nieuwe variant.

‘Plan B’

Burgemeester Norbruis zette door met zijn ‘kanaalplan’. Hij was er rotsvast van overtuigd dat het noodzakelijk was voor het verhogen van de welvaart in Schoonebeek. Zowel doordat het werk voor vele arbeiders opleverde, als voor de boeren en andere ondernemers die hiermee hun afzetgebied konden vergroten. In de raadsvergadering van 22 december 1928 besloot de raad alsnog om een kanaal ‘met weg en trekpad, haven en losplaats’ aan te leggen. Wederom als aftakking van Kanaal A. Dat alles ging gebeuren direct ten oosten van de Oostersebos (‘het Oosteinde’). Waarom nu wel, zouden we ons kunnen afvragen. Ten eerste werd het grootste deel van de grond gratis beschikbaar gesteld door raadslid Lefert Hekman. Daarnaast was de samenstelling van de raad gewijzigd. De burgemeester kreeg daardoor meer steun voor zijn plan. Hoe dan ook, het ging gebeuren!

Het is zover

Op 27 augustus 1932 was het zover, het kanaal met een lengte van 1830 meter en de haven werden officieel geopend. Dat gebeurde met de komst van drie schepen met stenen voor de verharding van de Oostersebos, Middendorp en Westersebos, een toespraak van burgemeester Norbruis en de heer Francke, hoofdopzichter van de Heidemij en met ‘aangenaam verpozen’ na die tijd. Alle genodigden trokken te voet naar kanaal A waar de drie schepen lagen en begaven zich daar aan boord van schipper Drent om zo naar de haven te varen. Een van de andere schippers was Schouwstra, hij vermaakte het gezelschap met eigen geschreven gedichten en overpeinzingen. Daar bleek hij landelijke bekendheid mee te hebben. Na het officiële gedeelte begaf men zich naar het huis van Hekman, “waar aan deze belangrijke gebeurtenis een dronk werd gewijd en men onder gezellige kout een uurtje bijeen bleef. Schipper Schouwstra voldeed aan de tot hem gerichte klemmende verzoeken en citeerde enkele gedichten van eigen makelij, die hij, als kundig conferencier, met pittige en geestige improvisaties in proza afwisselde.”. Prachtig toch!

Schoonebeek was per schip bereikbaar en wel via de ‘Hekmanswieke’ zoals het kanaal in de volksmond al snel werd genoemd. Het mag duidelijk zijn waarom.

Demping

In de eerste jaren na de oorlog kwamen het kanaal en de haven nog goed van pas door de start en ontwikkeling van het Schoonebeker olieveld. Het belang van het scheepvaartverkeer werd in de loop van de jaren ’50 echter steeds minder groot. Het wegvervoer nam het over. In 1962 werd begonnen met de demping van een deel van de Hekmanswijk en de haven. Anno 2020 is de haven een keurig bosje met eikenbomen, maar wie het wil zien, ziet nog de contouren van de haven. Het deel van de haven tot aan de Valendisweg is gedempt, maar het tweede deel tot aan Kanaal A is nog steeds open. Het herinnert aan vervlogen tijden. De weg van de Oostersebos naar de Valendisweg heet nog steeds ‘Hekmanswieke’.

Verhalen

Schoonebekers die de Hekmanswijk en de haven in hun volle glorie hebben gekend, weten er veel mooie verhalen over te vertellen. Neem alleen al de schaatswedstrijden ‘op de wieke’, maar ook het flaneren van het ‘jongvolk’ bij de haven. Of de jongeman die, niet geheel nuchter meer, met fiets en al de haven in dook. Daar willen we nog wel meer van weten, dus kom maar op….

 

Geschreven door: Kees Veenstra
Naar fotoalbum ‘Kanaal en Haven’

Bronnen:

  • Schoonebeek, de eeuwen door. H.D. Minderhoud, 1980
  • Drentse en Asser Courant, 30 augustus 1932

 

Terug naar de tijdlijn