Peter en Inez Philippo, beiden ‘tweede helft zestigers’, wonen sinds mei 2019 in Schoonebeek.
Enthousiast reageerden zij op mijn vraag of ze openstaan voor een interview voor de rubriek ‘Nieuwe Buren’ in het nieuwe magazine voor Schoonebeek, De Jaknikker. Ze hebben met veel plezier de eerste uitgave van De Jaknikker gelezen en vinden het een aanwinst voor ons dorp.
Normaliter probeer ik het gesprek voor te bereiden met een aantal vragen. De meeste moeite heb ik dan met de ‘startvraag’, want een goede start is de helft van een goed gesprek. Maar dat is bij Inez helemaal niet nodig; ze komt aan met twee prachtige midwinterhoorns en vertelt er direct bij dat zij in november 2020 hun certificaat hebben behaald! En dan komt het verhaal direct los. Door de coronamaatregelen kon er niet op de gewone locatie geoefend worden. En dan mis je wel een heel stuk gezelligheid. Gelukkig was er één van de blazers die een grote schuur aan het Koelveen heeft en daar konden ze, op afstand van elkaar, wel samen oefenen. “Het was wel verrekte koud, daar.”
Normaal gaan ze ‘anblaozen’ op het Pallertplein op de 1e Advent en dan is het ‘afblaozen’ op 6 januari bij De Witte Olifant. Op het moment van de zonnewende, in 2019 was dat op 22 december om 05.00 uur ’s morgens, hebben ze bij de luchtwachttoren geblazen. “Dat was wel héél vroeg!” Dit jaar is dat helaas niet doorgegaan.
Toch wil ik nog even terug naar het doel van mijn gesprek: wat beweegt mensen om naar Schoonebeek te komen? Peter en Inez komen uit Haarlem. Ze waren al een tijdje aan het zoeken, want de lucht in de grote stad werd steeds smeriger, het wordt drukker en er is meer herrie. Kortom; het werd tijd om weg te gaan. Toen zijn ze gaan speuren van Limburg tot Groningen. Wandelmogelijkheden waren in hun zoektocht prioriteit. De rust en de bossen van Drenthe én, het mooie huis waarin ze nu wonen hebben hen tot een besluit gebracht. Tijdens een van hun fietstochtjes door Schoonebeek viel het hen op: “Er zijn hier helemaal geen verkeerslichten! In Haarlem staat er op bijna iedere kruising een verkeerslicht, maar hier kun je gewoon fietsen!”
Inez is haast niet bij te houden als zij enthousiast gaat vertellen over de verschillende verenigingen waarmee ze al kennis hebben gemaakt. En aan iedere vereniging of club zit een verhaal. Zo lazen ze in een van de krantjes dat er een jeu-de-bouleswedstrijd voor straten zou worden gehouden. Ze hebben met Google Maps gekeken waar ze zouden moeten zijn en kwamen terecht in de Portugallaan. Maar daar was ‘geen bal te zien’. Een van de bewoners was daar voor het huis bezig en die hebben ze aangesproken. “Nee, er is hier geen jeu-de-bouleswedstrijd. Maar wacht even, ik breng jullie wel. ”En zo bracht deze man ons in zijn eigen auto naar de Pétanqueclub Schoonebeek aan De Kampen. Zo aardig!”
“We zijn toen ook gelijk lid geworden. Het is een heel leuke groep. Je hoort er gelijk bij.” Inez en Peter nemen zelf graag het initiatief, maar de ontvangst is overal allerhartelijkst. “Het moet natuurlijk wel van twee kanten komen.”
Via de pétanqueclub kwamen zij terecht bij de kegelclub Dorgelo. Ze hoorden dat er mensen stopten met kegelen en dat daardoor deze activiteit zou moeten stoppen. “Ja, dat kan natuurlijk niet!”, merkt Inez op, en nu spelen ze eenmaal per maand “met een drankje en een bitterballetje, heel gezellig hun partijtje kegelen. Maar nu, in de coronatijd missen we deze gezelligheid wel.” Peter en Inez zitten niet bij de pakken neer, want er is nog heel veel wat ze willen doen. Zo ‘moeten’ ze nog veel ontdekken van de schoonheid van het Bargerveen, op de scooter door de mooiste gebieden van Drenthe. “We hebben geen seconde spijt, we gaan nooit meer weg!” Als ik vraag wat zij nu zo kenmerkend vinden aan Schoonebeek komen er drie punten spontaan naar voren:
- Iedereen groet elkaar steeds weer “Moi!” Dat vinden we nog steeds bijzonder
- Als je jezelf openstelt krijg je snel contact
- De NAM is nog opvallend veel aanwezig; veel mensen zijn door de NAM met elkaar verbonden. Je zou kunnen zeggen “de olie trekt wel een heel spoor door Schoonebeek.”
Toch was er ook een minpuntje: Na een etentje in Emmen vroegen ze om de rekening én een taxi. “De rekening was geen probleem, maar de taxi is kennelijk in deze omgeving niet zo gemakkelijk te krijgen. Dat was dan in Haarlem wel iets makkelijker.”